Vocabulary list - Unit 0
study
100a
100c
100d
100e
100f
100g
100h
100j
100k
Translate these words.
1.
nog/weer/opnieuw
2.
een leeftijd
3.
ook
4.
een bestuurder
5.
over
6.
alles
7.
een voornaam
8.
horen
9.
ontmoeten
10.
ouders
11.
gepensioneerd
12.
begrijpen
13.
zullen/zal
14.
een adres
15.
een kaart
16.
een kok(kin)
17.
helpen
18
een kind/jongere
19.
een winkel
20.
een zanger(es)
My Score:
The correct answers: