je haar borstelen
naar huis fietsen
oefeningen maken
dromen over
jezelf aankleden
opstaan
naar bed gaan
naar school gaan
naar de bioscoop gaan
bellen, telefoneren
lezen
slapen
studeren
wachten op
wakker worden
jezelf wassen
trainen in een fitness zaal
een vliegtuig
een bezemsteel
samen
een snoepje
|
to brush your hair
to cycle home
to do exercises
to dream about
to dress yourself
to get up
to go to bed
to go to school
to go to the cinema
to phone
to read
to sleep
to study
to wait for
to wake up
to wash yourself
to work out in a gym
a plane
a broomstick
together
a sweet
|
’s morgens
’s middags
’s namiddags
’s avonds
’s nachts
een seconde
een minuut
een uur
een dag
een week
een maand
een jaar
een eeuw
van klein naar groot
dorst hebben
honger hebben
een ontbijt
een strand
|
in the morning
at noon
in the afternoon
in the evening
at night
a second
a minute
an hour
a day
a week
a month
a year
a century
in ascending order
to be thirsty
to be hungry
a breakfast
a beach
|